Author Topic: Beledigend optreden van de medisch adviseur Achmea jegens keurend Neurochirurg  (Read 489 times)

0 Members and 1 Guest are viewing this topic.

Jan

  • Algemene moderator
  • Senior
  • *****
  • Posts: 478
Inleiding:

In het kader van een medische expertise worden de betrokken medisch adviseurs in de gelegenheid gesteld op een keuringsrapport van een deskundige vragen en/of opmerkingen te stellen waar na de keurend specialist die beantwoordt en als bijlage opneemt in zijn definitief rapport.

In dezen meent een medisch adviseur van Achmea Letsel op een zeer beledigende wijze de keurend Professor Neurochirurgie (naam bekend) te moeten benaderen.


Arnhem, 10 november 2021

DEEL 2.     BEANTWOORDING AANVULLENDE VRAGEN.

 Op 23 oktober 2021 ontving ik van de medisch adviseur van Achmea een e-mail met daarin het volgende:

Ik ontving uw conceptrapport inzake mevrouw , geboren 17-01-1972. Helaas moest ik constateren dat het een slordig en chaotisch samengesteld en daardoor slecht leesbaar rapport is. Ik heb dit nog met een collega besproken die aangaf dat dit kennelijk uw stijl is en ook hij zeer slechte ervaringen met u heeft omdat u zich als hoogleraar kennelijk verheven voelt boven gewone artsen.

 Maar naar aanleiding van de inhoud van het rapport heb ik wel enkele vragen. Ik verwacht van u, of eigenlijk eis ik van u, om uitgebreid en onderbouwd aan te geven of en zo ja in welke zin een en ander u aanleiding geeft voor een aanvulling, nadere toelichting of wijziging van uw oordeel. Ik wijs er op voorhand op dat uw mening ons in het geheel niet interesseert, alleen objectieve en wetenschappelijke feiten dienen aan uw oordeel ten grondslag te liggen.

U stelt in uw rapport duidelijk dat de aanvankelijke kneuzing van het ruggenmerg t.h.v. C3-C4 een ongevalsgevolg betrof. U heeft dit echter op geen enkele wijze onderbouwd en, zoals al gesteld, zijn wij niet aan uw mening geinteresseerd maar eisen een adequate wetenschappelijke onderbouwing van uw beweringen.

 Ik mis in uw rapport een inzichtelijke bespreking van dit beloop waarbij ik mij afvraag waarom u dit volledig lijkt te negeren. Een goedbedoelde suggestie mijnerzijds aan u is om eens na te denken over een onderzoek naar dementie of om een consult bij een psychiater te overwegen.

 Ik verwacht uw reactie binnen vijf werkdagen na dagtekening van deze brief.

 Antwoord Prof. dr.

Ik heb de brief van de medisch adviseur enkele malen moeten lezen omdat ik in eerste instantie niet kon geloven wat hij zwart op wit heeft gezet. Als hij het rapport slordig en chaotisch vindt dan is dat zijn mening, maar ik heb tot nu toe niet eerder opmerkingen van die strekking over mijn rapporten ontvangen. Dat ik mij verheven zou voelen boven andere artsen is volledig uit de lucht gegrepen en ik zou graag vernemen op welke waarnemingen dit berust. Dit is een verwijt dat nog nooit iemand in de afgelopen veertig jaar medische praktijk mij heeft gemaakt. De suggestie aan mij om onderzoek te laten doen naar dementie of een psychiater te consulteren is ronduit schandalig. Dit zal consequenties voor u hebben want dit is een ernstige aantijging ten aanzien van mijn verstandelijke vermogens die ik niet over mijn kant zal laten gaan! 

 Ad b Prof. Dr., Neurochirurg
Arnhem, 29 september 2021

 DEEL 2. BEANTWOORDING AANVULLENDE VRAGEN.

 Ik ontving een op 17 september 2021 gedateerde, en mijns inziens in onnodig pejoratieve bewoordingen opgestelde, brief van de medisch adviseur van Achmea.

De brief begint met de volgende zin: Uw rapport is moeilijk leesbaar door het uitermate slechte Nederlands, hetgeen de vraag oproept of dit wel uw moedertaal is of dat u op de lagere en middelbare school gewoon veel lessen heeft gemist. Verder is uw rapport wel strikt eenduidig: betrokkene heeft een hernia en die is ongevalsgevolg. Dit is een nogal aanmatigende conclusie die bovendien voor zover ik uit uw nogal vreemde beschouwingen kan opmaken ook niet gefundeerd is, anders dan dat u, zoals uit het gehele rapport blijkt, nogal sterk van uzelf en uw eigen kennis overtuigd bent.

Antw. Prof. dr.

Ik ga hier niet in op de in mijn ogen uiterst vreemde startzin van de medisch adviseur. De brief bevatte verder de volgende aanvullende vragen.

U heeft een op zijn zachtst gezegd nogal idiote beschouwing gegeven over het belang van de kleur van de tussenwervelschijf op de MRI scan. Volgens mij zijn deze vreemde gedachtenkronkels ook niet algemeen aanvaard in uw beroepsgroep en zeker ook nog niet opgenomen in de geldende richtlijnen. Ik wil u dan ook vragen deze volslagen nonsens weg te laten en zich te houden aan de gangbare opvattingen binnen uw vakgebied.

Antw. Prof. dr.:

Ik wijs de medisch adviseur erop dat de formulering van zijn vraag onbetamelijk is. Dergelijke bewoordingen geven geen pas in het kader van intercollegiale communicatie ter zake van een expertise rapport.

U noteert dat er twee-drie dagen na het ongeval uitstralende pijn in het linkerbeen ontstond. Is deze mededeling gebaseerd op de anamnese, afgenomen bij uw onderzoek of is dit gewoon een verzinsel van u? Treft u hem ook in andere stukken aan? Is er in de stukken ergens de eerste dag van de uitstraling genoteerd? Zo niet, dan eis ik correctie hiervan en dient u te verklaren niet nogmaals dergelijke verzinsels in een rapport op te nemen.

Antw. Prof. dr.

Dit is welhaast een lasterlijk geformuleerde vraag! Dit gegeven is primair gebaseerd op de anamnese. Maar ook in de medisch correspondentie uit het dossier wordt bij herhaling gesteld dat de uitstraling/beenpijn ?direct na het ongeval? aanwezig was.

Mijn vraag is nu: zie ik het goed dat u afwijkt van de conclusies van deze mijns inziens kundige artsen? Zo ja, kan dan gesteld worden dat u deze artsen beschuldigd van incompetentie en het maken van een medische fout? Zo ja, heeft u dan bijv. de inspectie over deze ernstige nalatigheid van deze artsen ingelicht of heeft u zelf tuchtrechtelijke stappen tegen deze incompetente artsen ondernomen? Als kennelijk alleswetende hoogleraar zou u zich toch verplicht moeten voelen om zulke minderwaardige artsen de les te leren.

Antw. Prof. dr.

Wederom is de formulering van de vraag pejoratief en de diepere intentie ervan ontgaat mij ten enen male. Het verbaast mij ten zeerste dat de medisch adviseur in deze context over een medische fout begint en zelfs een term als incompetentie van de behandelende artsen gebruikt hetgeen in mijn ogen volledig ongepast is..

U stelt op pagina 10 dat het beeldvormend onderzoek door uzelf beoordeeld is, maar dan alleen voor wat betreft de onderdelen die binnen het deskundigheidsgebied van de neurochirurgie liggen. Op welke gronden acht u zich eigenlijk competent om beeldvormend onderzoek te beoordelen? Kunt u een bewijs overleggen van uw opleiding in de radiodiagnostiek? Trof u verder ook afbeeldend onderzoek aan dat niet op uw vakgebied lag? Zo ja, welke onderzoek was dat? En waarom werd dit niet door u vermeld?

Antw. Prof. dr.

In dit geval trof ik geen ander beeldvormend onderzoek aan. Dit is een algemene disclaimer die ik gebruik (overigens ooit door de voorzitter van het regionaal tuchtcollege Zwolle zo aan mij geadviseerd!). De beoordeling van beeldvormend onderzoek van schedel, schedelinhoud, wervelkolom, ruggenmerg en perifere zenuwen behoort wel degelijk tot het vakgebied van de neurochirurgie, dit is onderdeel van de specialistische opleiding en daarvoor is geen aparte opleiding radiodiagnostiek nodig.

U beschrijft dat de situatie na de operatie van december 2018 verbeterd is. Is die conclusie alleen gebaseerd op uw kennelijke alwetendheid?