De \"fraude\" , in casu het in voorkomende gevallen onjuiste \"medische\" beeld dat Whiplash een moeilijk objectiveerbare aandoening zou zijn, is (mede)ontstaan op basis van de Richtlijn PWS van de Commissie Forensiche Neurologie.
Dat was, financieel juridisch gezien, niet zo\'n ramp voor de \"slachtoffers\" omdat de Richtlijn PWS weliswaar een lichamelijke oorzaak voor aanhoudende klachten uitsluit, doch het klachtenpatroon echter wel als realiteit erkent.
Op basis van dat klachtenpatroon tgv het Whiplashtrauma kon WAO worden toegekend en kon de WAO verhaald worden op TP.
Met als vanzelfsprekend gevolg dat de betrokkene ook zelf oa.het verschil tussen de WAO en laatstgenoten loon op TP kon verhalen.
De klad kwam erin toen de Regering als eis ging stellen dat er bij \"whiplash\" letselbewijs op tafel moest komen.
Maw, indien volgens de plannen van het kabinet het Medisch ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSCRITERIUM als voorwaarde voor een uitkering geldt, in casu dat het letsel en niet de daaruit voortvloeiende klachten en beperkingen moet worden bewezen, is er geen recht meer op uitkering.
De Richtlijn sluit immers lichamelijke afwijkingen/bewijs als oorzaak voor het klachtenpatroon uit.
Let wel, de Richtlijn spreekt dus niet specifiek over het ontbreken van \"letselsubstraat\" doch over het ontbreken van \"substraat\".
Maw., het klachtenpatroon is ook niet op grond van andere lichamelijke oorzaken dan wel de secundaire gevolgen van het oorspronkelijke letsel te verklaren. En daarmee \"ontzorgde\" de Commissie niet alleen TP\'s doch ook UWV.
Voor UWV is immers de oorzaak van \"ziekte/gebrek\"en de daaruit voortvloeiende klachten niet van belang voor de beoordeling.
In combinatie met het arbeidsongeschiktheidscriterium is UWV dus op twee manieren \"gedekt\". Noch letselsubstraat noch \"gewoon\" substraat aantoonbaar voor aanhoudende klachten tgv/na Whiplashtrauma.
De Richtlijn lijkt een schoolvoorbeeld van dissonantiereductie. Alle bewijzen die de onjuistheid van de richtlijn aantonen werden door de Commissie niet meegenomen bij het opstellen van de Richtlijn en welke \"bewijzen\" wel werden meegenomen is onbekend. En dat maakt de Richtlijn tot een eenzijdig gekleurd \"document\" dat in strijd is met de juridische status waaraan richtlijnen dienen te voldoen.
Op
http://www.cardiologie.nl/2/pages/main_richtlijnen.asp?do=page2 staat:
\"Richtlijnen zijn vakinhoudelijke aanbevelingen voor zo goed mogelijke patientenzorg en zijn bedoeld om artsen en andere zorgverleners te ondersteunen bij de klinische besluitvorming. Aanbevelingen in de NVVC-richtlijnen zijn zoveel mogelijk wetenschappelijk onderbouwd (evidence-based). Richtlijnen zijn tijdsgebonden documenten en periodieke herziening is daarom noodzakelijk.
Richtlijnen zijn geen wettelijke voorschriften, maar op zoveel mogelijk bewijs gebaseerde inzichten en aanbevelingen waaraan zorgverleners moeten voldoen om kwalitatief goede zorg te verlenen. Aangezien aanbevelingen hoofdzakelijk gebaseerd zijn op de ‘gemiddelde patiënt’, kunnen zorgverleners op basis van professionele autonomie zonodig afwijken van de richtlijn. Afwijken van de richtlijn kan, als de situatie van de patiënt dat vereist, zelfs noodzakelijk zijn. Als van de richtlijn wordt afgeweken, dient dit beargumenteerd en gedocumenteerd te worden\".
De Richtlijn PWS vermeldt geen literatuurlijst en is derhalve niet \"toetsbaar\". Op grond van literatuur over Whiplash en de mogelijke secundaire gevolgen van dat primaire nekletsel, kan niet gesteld worden dat de Richtlijn \"evidence based\" is. Integendeel.
Maar kennelijk moeten we de heren maar geloven.
Dat geldt echter niet voor diegenen die er van af willen wijken. Dat dient \"beargumenteerd en gedocumenteerd\" te gebeuren.
En zeer waarschijnlijk is dat ook de reden dat er geen literatuurlijst wordt vermeldt door de heren van de Commissie. Die valt niet te beargumenteren en te documenteren met gedegen wetenschappelijk onderzoek.
Kortom, een en ander doet vermoeden dat de Richtlijn \"flawed\" is. In gewoon Nederlands: \"gebaseerd op bazarwetenschap\".
Met dank aan de betrokken professoren en neurologen.