Author Topic: Inkomensderving  (Read 7363 times)

0 Members and 1 Guest are viewing this topic.

arie verstappen

  • Guest
Inkomensderving
« on: 12 April 2006, 20:01:53 »
Ik heb een ongeluk gehad in 2001. Hierdoor ben ik 80 > 100 % afgekeurd. Ik ben aangereden door een auto terwijl ik fietste. Nu vraagt de tegenpartij om een toekomst visie te geven over mijn te verwachten inkomen.
Ik werkte voor het ongelukj 20 uur per week. Nu vragen ze dus hoeveel ik zou gaan werken in de toekomst als ik geen ongeluk had gehad. Kan ik dat ergens eenvoudig berekenen??

johannes

  • Guest
Aw:Inkomensderving
« Reply #1 on: 19 April 2006, 21:42:01 »
In de eerste plaats adviseer ik u een voorbehoud te maken ingeval in de toekomst uw WAO-uitkering wordt verlaagd. Immers, indien u voor uw 50e levensjaar wederom een herkeuring bij de verzekeringsarts van het UWV ondergaat en deze arts tot andere inzichten komt, kan dat leiden tot een lagere WAO-inschaling hetgeen consequenties kan hebben voor uw WAO-uitkering en dus voor uw inkomsten.

Het Gerechtshof Arnhem heeft op 30 november 2004 geoordeeld dat een voorbehoud wegens toekomstige wijzigingen terzake sociaal wettelijke regelingen (bijvoorbeeld de WAO) is toegestaan, ook al wordt eerder de schade voor de toekomst nu afgewikkeld.

Het berekenen van uw inkomensderving (ook wel verlies van arbeidsvermogen genaamd) is geen eenvoudige opgave. Daarvoor wordt gebruikt gemaakt van ingewikkelde fiscale berekeningen, uitgevoerd door het Nederlands Rekencentrum Letselschade (NRL)te Den Haag. Zie in dit verband de website www.nrl.nl.

Het NRL rekent bepaalt niet zelf de uitgangspunten voor de actuariele berekening, die moet u zelf aandragen.

Gekeken dient te worden naar het bruto inkomen dat u vanaf ongevalsdatum tot aan pensioengerechtigde leeftijd in de situatie zonder ongeval zou hebben verdiend.

Dat betekent dat u vanaf ongevalsdatum tot heden in elk geval de jaarlijkse normale salarisstijgingen moet meenemen,hetgeen vaak blijkt uit de CAO.

Voor uw toekomstig bruto inkomen moet voorts worden meegenomen uw jaarlijks te verwachten salarisstijgingen.

Indien u voorts nog verwachtte promotie naar een hogere funktie te maken dient daarenboven het hogere bruto salaris op jaarbasis op enig moment als uitgangspunt te worden genomen.

Uw pensioenopbouw is gerelateerd aan het bruto salaris dat u verdiende voordat u het betreffende ongeval overkwam. u bouwt na het ongeval niet verder aan uw pensioenopbouw.

Er dient dan ook een berekening van uw pensioeninkomen te worden vervaardigd, rekening houdend met uw toekomstige salarisstijgingen eventueel ook rekening houdend met gemiste carrierekansen.

Onderzoek heeft geleerd dat ook wanneer uw salaris niet substantieel in de situatie zonder ongeval zou stijgen, er toch sprake is van pensioentekorten in de situatie na ongeval.

Dit wordt ook wel pensioenschade genoemd.

Als uw bruto inkomen en uw bruto pensioen zonder inkomen is uitgerekend dient daartegenover te worden gesteld en uitgerekend uw werkelijke (huidige) bruto inkomen en pensioen.

Zo krijgt u een tweetal berekeningen van bruto naar netto: het jaarinkomen + pensioen zonder ongeval en het jaarinkomen + pensioen na het ongeval.

Door de uitkomsten van elkaar af te trekken krijgt u als resultaat het jaarlijks verlies van inkomen (verlies van arbeidsvermogen).

Omdat u nu al aanspraak (bij een afwikkeling ineens) op toekomstig verlies van inkomsten maakt, maar daar eigenlijk nu nog geen recht op hebt, wordt verondersteld dat u het volledige schadebedrag bij een bankinstelling wegzet en rente zal verwerven. Dit jaarlijks te verwerven rentebedrag wordt van de schadevergoeding afgetrokken.

Daarentegen wordt ook rekening gehouden dat geld elk jaar ontwaart ofwel inflatie. Dus enerzijds moet rekening worden gehouden met rente-opbrengsten die van de schadevergoeding wordt afgetrokken, edoch anderzijds mag u de te verwachten inflatie bij de schadevergoeding optellen.

Rechtspraak leert ons dat uit wordt gegaan van 6% rente-opbrengst en 3% inflatie.

U krijgt dan een rekenrente van 3%.

Omdat u waarschijnlijk een substantieel bedrag ontvangt dat u bij een bankinstelling wegzet en jaarlijks daarvan uw inkomensderving uithaalt, komt u onder de aandacht van de Belastingdienst. U hebt immers vermogen en dat wordt belast in Box 3!

Uw vermogen is rekening houdend met een fortaire aftrek van (afgerond) euro 13.000,00 jaarlijks onderheving aan netto 1,2% belastingheffing.

U hebt dus wel elk jaar steeds weer belastingschade!

Deze belasting moet dus op voorhand van jaar tot jaar worden uitgerekend en is volgens vaste rechtspraak een bijkomende schadepost voor u!

Anders gesteld, er is ook sprake van belastingschade die door de verzekeringsmaatschappij afzonderlijk moet worden vergoed en in de berekening door NRL ook wordt meegenomen.

In deze actuariele berekening door het NRL kan ook jaarlijks worden meegenomen de overige onkosten die u elk jaar maakt door het ongeval.

Dit gaat mee in de totale berekening voor de te vormen schadevergoeding en kan op de belastingschade een verhogende werking hebben.

Belastingschade heeft dus niet alleen betrekking op de inkomensschadevergoeding die u ineens ontvangt (en daardoor vermogen gaat vormen) maar ook op andere schadeposten.

Omdat de berekening uiteindelijk is gebaseerd op een netto schadevergoeding
kan de Belastingdienst u vragen hoe het vermogen (de schadevergoeding ineens) tot stand is gekomen.

Ondanks jurisprudentie van de Hoge Raad wil soms nog wel eens een ambitieuze belastinginspekteur oordelen dat over de netto schadevergoeding toch nog eens inkomstenbelasting is verschuldigd.

U dient er dan ook op te staan dat de verzekeraar die u de schadevergoeding uitkeert, daarnaast een belastinggarantie verstrekt.

De belastinggarantie behelst dat wanneer de belastingdienst u aanslaat voor inkomstenbelasting, de verzekeraar het verweer op haar kosten overneemt en zo nodig de verschuldigde belasting betaalt.

Tot slot nog het volgende.

U kunt natuurlijk uitrekenen wat u wilt maar u zult al uw uitgangspunten die u aandraagt voor de berekening wel moeten onderbouwen, dat wil zeggen aantonen (bewijzen) hoe u daaraan bent gekomen en of dat redelijk is.

Een verzekeraar zal bij het in ontvangst nemen van het berekeningsrapport als het ware met een vergrootglas nagaan wat uw uitgangspunten zijn en of men zich daarmede kan verenigen. Vaak ziet men dat er verweer volgt en dan moet er onderhandeld worden.

Laat u dus in elk geval bijstaan door een deskundige letselschadespecialist, ofwel iemand die full time met dit \"vak\" bezig is.

De kosten van zowel de berekening, circa euro 4.000,00 als de kosten van de deskundige letselschadespecialist komen op grond van wetgeving en jurisprudentie voor rekening van de verzekeraar.

Gaat u dus niet alleen aan de slag tegenover een deskundige verzekeraar, maar laat u bijstaan!

Johannes de Bruin
Letselschadebureau Haaglanden BV